Twee families stellen verpleeghuis aansprakelijk voor slechte zorg in lockdown

De strenge coronamaatregelen die verzorgingstehuizen afgelopen voorjaar van de ene op de andere dag invoerden, krijgen mogelijk juridische gevolgen. Namens twee families heeft advocaat Liesbeth Zegveld twee zorginstellingen aansprakelijk gesteld wegens ‘onrechtmatig handelen’.

Volgens Zegveld hadden de instellingen alleen nog maar oog voor corona, waardoor de overige zorg ‘ondermaats’ was. Bovendien hadden de verpleeghuizen de familie, die tevens mantelzorg leverde, niet mogen weigeren. Daarnaast was er sprake van een ‘rigide bezoekverbod’ en werd er niet gekeken naar ‘maatwerk’, wat in strijd is met het recht op familieleven. Met het aansprakelijk stellen hoopt Zegveld dat de instellingen ‘fouten erkennen’ en goed onderzoeken hoe de zorg is verlopen.

De manier waarop verpleeghuizen en andere zorginstellingen met de coronamaatregelen zijn omgegaan, leidde al eerder tot hevige discussie. In maart werden bewoners van verpleeghuizen en andere zorginstellingen plotseling afgesloten van al hun bezoek, om zo de verspreiding van het virus tegen te gaan. Ouders, echtgenoten, kinderen en kleinkinderen, van wie veel mantelzorg leverden, mochten hun familie niet meer bezoeken en bewoners van verpleeghuizen mochten lange tijd het pand niet verlaten.

In juni dreigde advocaat Zegveld namens familieleden van bewoners van verpleeghuizen al met een procedure tegen de staat als minister Hugo de Jonge niet meer bezoek zou toestaan. Namens de cliëntenraad van het Amsterdamse verpleeghuis Vondelstede wist ze daarvoor al ruimere bezoekmogelijkheden en meer bewegingsvrijheid voor bewoners af te dwingen.

Onrechtmatig handelen
Maar Zegveld wil nu alsnog dat de instellingen Zonnehuisgroep Amstelland en stichting Amsta zelf onderzoeken hoe hun zorg gefunctioneerd heeft en aansprakelijkheid erkennen voor onrechtmatig handelen. Doen ze dat niet, dan zal een rechter zich er over moeten buiten. De zaken van de twee families die zij vertegenwoordigt zijn volgens Zegveld het ‘topje van de ijsberg’. ‘We hebben de zaak nu neergelegd bij de instellingen. Dit moet worden uitgezocht. Ik wil dat ze verantwoording afleggen voor hun handelen.’

Beide instellingen willen vanwege de privacy niet reageren op individuele situaties. Een woordvoerder van branchevereniging Actiz zegt dat er bij hen niet meer juridische zaken bekend zijn. ‘Het is jammer als de gang naar de rechter moet worden gemaakt. We hebben begrip voor het verdriet van familieleden die geen afscheid konden nemen of niet bij hun naaste konden zijn. Organisaties hebben geprobeerd in heel moeilijke omstandigheden zorg te verlenen. Maar we kunnen niet uitsluiten dat het in sommige gevallen niet goed is gegaan.’

In het ene geval gaat het om de familie van een 82-jarige vrouw die in een verzorgingstehuis van de Zonnehuisgroep Amstelland woonde. Ze mochten haar vanaf 20 maart niet meer bezoeken en kregen op 28 april te horen dat het slecht ging met hun moeder. De vrouw kreeg koorts, maar bleek na een test geen corona te hebben. De familie drong naar eigen zeggen tevergeefs aan op een snel bezoek van een huisarts. Die stelde een paar dagen later vast dat het niet goed ging en dat de vrouw stervende was. Vervolgens mochten alleen de broer en zus hun moeder bezoeken, maar ze mochten het pand niet verlaten om later terug te keren. Daarna mocht één van hen de nacht blijven waken, waarna de vrouw die ochtend overleed.

Te laat ingelicht
Volgens Zegveld is de familie veel te laat ingelicht dat de vrouw stervende was en werden de bezoekregels veel te rigide gehanteerd. Op grond van de regels had voor mantelzorgers een uitzondering kunnen worden gemaakt, zegt Zegveld. ‘En de manier waarop de familie vervolgens afscheid mocht nemen, was volstrekt ondeugdelijk. Er waren vanuit de overheid helemaal geen specifieke beperkingen gesteld aan bezoek in de stervensfase. De dochter had vier jaar voor haar moeder gezorgd als mantelzorger en moest vervolgens binnen 24 uur afscheid nemen.’

Bij de andere zaak mochten vier broers hun 91-jarige moeder in een verzorgingstehuis van stichting Amsta vanaf 14 maart niet meer bezoeken. In de weken daarna kregen ze naar eigen zeggen te horen dat hun moeder het goed maakte. Maar toen ze haar op 22 mei voor het eerst achter plexiglas zagen, bleek ze in heel slechte conditie. Drie dagen later liet het tehuis weten dat ze in haar laatste levensfase was beland. Een dag later vroeg de familie om bij haar te mogen waken. Daar zou de leiding op terugkomen, maar die beslissing kwam te laat. Op 28 mei overleed de vrouw, alleen.

Zorgzame zonen
Ook hier is volgens Zegveld sprake van ondermaatse zorg. ‘Ze had vier heel zorgzame zonen, die elke dag bij haar langsgingen. En vervolgens sterft ze alleen, na twee maanden in eenzaamheid te hebben doorgebracht. Dat is ongelofelijk en een inbreuk op het recht op familieleven.’ In een brief aan de instellingen schrijft Zegveld dat het nooit zo ver had hoeven komen. ‘Mantelzorgers maken een essentieel onderdeel uit van de zorg. Het bezoekverbod van de overheid heeft zich dan ook nooit uitgestrekt tot structurele vrijwilligers zoals mantelzorgers.’

Met het aanspannen van een zaak hopen de families, die niet met hun naam in de krant willen, op een vorm van genoegdoening. Ook hopen ze dat instellingen hun beleid aanpassen, zodat het in de toekomst met andere ouderen niet meer zal gebeuren.

Volkskrant, donderdag 24 december 2020

  • Volkskrant
  • Lockdown